Het Veerhuis aan de Veerweg, Maaszicht genaamd.

De heren van kasteel Bleijenbeek hebben ook het veerrecht gehad. Dit recht wordt eeuwenlang verpacht. Zo meldt het Venloosch Weekblad dat door notaris Bloemers te Gennep op verzoek van “Den Heer Graaf Van en tot Hoensbroech” op 17 december 1874  het volgende wordt verpacht: “Het Veerhuis te Afferden, met Tuin, Stalling, Schuur en Pakhuis, Groote Pont en Klein Veer op de Maas, met eigen veerweg en losplaats aan beide Maasoevers en 1 hectare 81 aren 70 centiaren Bouwland. Dit Veerhuis is bijzonder goed gelegen voor kooplieden of makelaars van kooplieden, die dan ook bij de verpachting in bijzondere aanmerking zullen komen.” Daarna is sprake van de herberg aan het Veerhuis van P. Clevers. In 1931 schrijft de Nieuwe Venlosche courant: “Naar het gerucht loopt zou het Veerhuis aan de Maas onderhands aan den tegenwoordigen bewoner verkocht zijn. Het veerrecht en wat daarmede samenhangt is daarbij natuurlijk ingesloten”. De koper is dus de laatste pachter J. Clevers. Als een van zijn dochters trouwt, komt het in bezit van de familie Denissen.