Begraafplaatsen in Afferden

Het verhaal van de begraafplaatsen in Afferden. Van de vondst van prehistorische urnen tot het tegenwoordige kerkhof dat zo veel mogelijk in de huidige toestand zal worden bewaard.

In 1913 worden bij opgravingen nabij kasteel Bleijenbeek urnen gevonden. Dit duidt op de aanwezigheid van een prehistorisch grafveld. Als in de jaren ’30 van de vorige eeuw in het kader van de werkverschaffing werkzaamheden in het Afferdse bos worden uitgevoerd, wordt een nog geheel gave urn gevonden. Ook in 1953 wordt melding gemaakt van de vondst van een urn door de “… kinderen Koster … bij het spelen op de zanderige heide van de Lakei”. De in 1913 en 1933 gevonden urnen bevatten crematieresten en dateren van 1200 – 800 v. Chr. De vondsten zijn destijds naar het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden gebracht waar deze nog steeds verblijven.

Op een foto van de vooroorlogse kerk zijn nog grafstenen rondom de kerk te zien.

Een kerkhof is de benaming voor de ruimte rondom de kerk. In vroeger tijden kan deze gewijde grond worden gehuurd of gekocht om lichamen van gelovigen die een kerkelijke begrafenis krijgen te begraven. Het is dan goedkoper dan begraven in het kerkgebouw. Van de gewijde plaats wordt aangenomen dat deze aan de overledene bescherming biedt.

Ook in en rond de kerk van Afferden bevinden zich in die tijd graven. Zo vermeldt het historische tijdschrift Maasgouw eind 19e eeuw de grafzerken van Diederik van der Lippe genaamd Hoen, overleden in 1565, en van Elisabeth Schenck, overleden in 1555. Als in 1890 een nieuwe vloer in de kerk wordt gelegd, worden deze grafzerken “… uitgelicht en verbrokkeld op het oud kerkhof opgestapeld, om weldra als dorpels, grenssteenen of puin te dienen”. Deze Diederik van der Lippe is de kasteelheer van Bleijenbeek die ook wel in verband wordt gebracht met de schenking van het monumentale albasten altaar aan de kerk van Afferden. Hiervoor bestaat echter geen duidelijk bewijs.


Een nieuw kerkhof

Rond 1850 wordt duidelijk dat de ruimte voor graven rondom de kerk te klein is. Pastoor Metzmaecker, pastoor van Afferden van 1825 tot 1873, besluit een “model-kerkhof” nabij het armenhuis achter de Mariakapel aan te leggen. Hierbij moeten we bedenken dat het alleen het kleine kapelletje is zoals we dat nu aan de achterzijde van de grote kapel zien. De nieuwe begraafplaats bevindt zich aan de rand van het dorp en het vergt veel arbeid de gedeeltelijk zeer oneffen heidegrond de nieuwe bestemming te geven.

Er wordt een 4 meter hoog kruisbeeld met rots geplaatst en een indeling voor geestelijken, volwassenen en kinderen gemaakt. Deze indeling is nog steeds te zien. Helemaal achteraan kindergraven, links van het kruis een oude grafzerk van Leonardus Peters, pastoor van 1883 tot 1896, en rechts het graf van Ben Jägers, pastoor van 1986 tot 1989. Hier lagen vroeger ook de graven van overleden paters Jezuïeten, eind 19e eeuw bewoners van kasteel Bleijenbeek (foto is uit 1957).

De pastoor zorgt ook voor een eigen toegang met aan de zijde van de Dorpsstraat twee pilaren en een poort. Nu de Van Hoensbroeckstraat, toen het “dooiepedje”.

Doodgravers en begraafplaatsmedewerkers

In oktober 1969 viert Thei Driessen, geboren in 1887, zijn 50-jarig jubileum als doodgraver op het kerkhof van Afferden. Sinds hij in 1919 de taak van Toon van Gellecom overnam, heeft hij dan naar eigen zeggen 943 mensen begraven. Ook zorgt hij in al die jaren voor het onderhoud van het kerkhof. Zijn eerste salaris bedraagt 10 gulden per drie maanden. In de loop der jaren krijgt hij hierbij hulp van vrijwilligers. Tot op hoge leeftijd blijft Thei (links op de foto van rond 1960) op het kerkhof werken en hij overlijdt in 1978.

Ook tegenwoordig wordt het kerkhof door vrijwilligers met veel zorg onderhouden. Door maatschappelijke ontwikkelingen neemt het aantal kerkelijke begrafenissen al vele jaren gestaag af. En omdat het belang van instandhouding in verband met de kosten afneemt, zijn in de loop der jaren vele graven geruimd. In een krantenartikel van enkele jaren geleden met de titel “Kerkhof op sterven na dood” staat beschreven dat deze tendens een groot cultuurhistorisch verlies betekent. Het kerkbestuur van Afferden heeft een tijd geleden besloten het huidige kerkhof zo veel mogelijk in de huidige toestand te behouden. Wat de vrijwilligers nog meer motiveert deze historisch waardevolle plek voor nagedachtenis en bezinning in stand te houden.